Slechts eenmaal waren de kinderen
thuis gekomen, verhalende dat de straatjongens van
Geulle achter hen hadden geroepen:
Daar gaan de jonge weerwolven! Steenigen wij de
jonge Bokkenrijders.
Daar de kinderen de beteekenis dier scheldnamen niet
kenden, hadden zij thuis om uitleg gevraagd.
Dit verhaal der beide kleinen had, in den eersten
oogenblik, een zeer pijnlijken indruk op den vader
teweeg gebracht , doch de moeder wist behendig het
onweder af te wenden met te zeggen:
Kinderen, wat gij voor verwijtingen hebt genomen,
dat is loutere beuzeling, waarop gij voortaan weinig
acht moogt slaan. Nooit moogt gij zoo nog iets
hooren, en veel min hier komen verhalen, ik verbied
het u streng.
Dit uitvluchtend antwoord en het verbod der moeder
werden met den gewenschten uitslag bekroond: men
hoorde de woorden Weerwolf en Bokkenrijder nooit
meer door hen uitspreken, in tegenwoordigheid der
ouders.
Spreek het jawoord uit, en wij allen
staan u ten dienste.... En zonder dit jawoord af te
wachten, riep hij zijn makkers toe:
Wilt gij Hein Ruiter voor uw hoofman ?
Ik had deze redevoering werktuiglijk aangehoord,
zonder goed- noch afkeuring; doch bij het uitspreken
van mijn naam, voelde ik als een elektrieken
schok....
Ik sprong op van mijn zetel , als om te spreken;
doch mijn tong was tegen mijn gehemelte geplakt;
half bewusteloos , plofte ik op mijn plaats terug.
Eensklaps werd ik door de mannen omringd; zij
drukten mijn handen in de hunne, en riepen met woest
geweld:
Leve onze kapitein ! Lang leve onze kapitein !
Oogenblikkelijk werden tafels tegen elkander
geplaatst; lekkere spijzen en fijne wijnen in
overvloed bezetten deze; er werd hartelijk geλten en
gedronken op de gezondheid van den nieuwen kapitein.
Toen de uitspatting begon op den overvloedigen drank
te volgen, gaf de voorgaande spreker een teeken,
waarop al de momsels te gelijk van de aangezichten
gerukt werden.
Hoe verbaasd zat ik te zien, in het midden der
honderd Bokkenrijders, welke ik schier tot den
laatste kende, en eerder een mijl diep onder de
aarde dan onder de bende zou hebben gezocht!