Visis actis als namentlijck alle de verbalen
in sake
gehouden, ons decreet van corporeele apprehensie
ten laste van den Beklaagde gegeven, de feijten
van Belastingen en conclusie van dheer klager
tegens denselven fugitiven genomen en verders
alle acten en actitaten in sake ingedient en onder
behoorlijcken inventaris gefourneerd en op alles
gelet, waerop te letten stonde of conde moveren en
signantelijck op ons decreet van versuim nae voor-
gaende behoorlijck geaffigeerde en gerelateerde
citatien edictuel in sake opgevolgt, Schepenen der
Vrij Heerlijckheijt en Baronie Elsloo met assumptie
der Heeren C. Otzeling, H. Milliard en H.M. Nijpels
schepenen der Heerlijckheden Eijsden, Bemelen en
Mechelen op de Maese, mitsgaders van een onpartijdig
Regts geleerde ter maenisse van den eerst presiderende
in sake in contumaciam regt doende, Bannen den
voors. beklaagde Jan Dreesen alias Bolderjan
voor altoos uijt dese vrij Heerlijckheijt en vrij
Baronie, met interdictie van noijt in de selve
te mogen verschijnen, op poene van daer inne
bevonden wordende swaerder te worden gestraft.
Met condemnatie van den selven in de costen en
misen van justitie ter onser Taxatie en moderatie
met confiscatie van goederen. Actum op den ouden
stadhuijze binnen Maestricht nae bekomene
territorium den 14 novembris 1774
J.W. Roemers - P. Frederix - A.M. Gudi
H.M. Nijpels - C.Otzeling - H.Milliard
geassumeerde
x na voorgaende Clockenslagh gepronuntieert aen
de Kaeck tot Elsloo ten overstaen van dheeren Drossard
en Schepenen Roemers, P.Frederix, Gudi, P. Frederix,
J. Bovens en geassumeerte schepen C. Otzelingh
den 17. novembris 1774
|