|
DOCUMENTEN BOKKENRIJDERS |
PROCESSTUKKEN |
Clagt en Conclusie ........Voor Den Weled. Gestr. Heer en Mr W.D. Vignon, Lt. HoogDrossard deeses Lands nomine Officij Clager ........Tegens Lins Schouteten Gedeti- neerde en Beclaegde |
||||
Den Voorschreven Heer Clager doet tot fundament van sijne Clagt en hier onder te nemen Conclusie seggen en deduceren wat volgt Salvis etc. Aanvankelijk dat uit de responsiven, Confrontatiën, Recollectiën en personele Verantwoordingen Van den tans alhier gedetineerde aan UEd. Achtb. onwedersprekelijck moet voorgekomen sijn |
||||
2 |
||||
Dat in deese als omliggende Landen Sedert eene reeks van Jaeren geëxisteert heeft, en alnog gedeeltelijk existeert, eene God en Ziel vergetene bende gauwdieven en Vagebonden |
||||
3 |
||||
Welke haar niet alleen aan geweldige huijsbraken, menigvuldige diefstallen en ongehoorde euveldaden hebben pligtig gemaakt |
||||
4 |
||||
Neen, maar ook deselvs enorme Crimina en delicta van Overspel en Moorderije gecommitteert heeft |
||||
5 |
||||
Blijkende eensgelijken niet alleen uijt alle voornoemde acten en actitaten, maar ook uijt de eijgene Confessie en bekentenisse, zoo buijten pijn en banden als bij scherper examen door den beklaagden gedaan, en door de hic et nunc gehouden Recollectiën geratificeert |
||||
6 |
||||
Dat hij al over jaeren en jaeren meede Lidmaat en pligtig der genoemde bende geweest en handdadig gestaan heeft aan de abominabele gruweldaden en diefstallen in actis breder vermelt |
||||
7 |
||||
Als namentlijk aan den Violenten diefstal en huisbraak gecommitteerd bij Marthinus Schroders aan de hand Lande van Terheiden |
||||
8 |
||||
Gelijk meede aan den diefstal en huijsbrake in het Panhuijs van Wijnands Raede |
||||
9 |
||||
Item aan den Violenten diefstal met effractie begaan aan te Havert bij Juffrouw Stijntjes |
||||
10 |
||||
Zoo ook aan den Violenten diefstal en huijsbrake gecommitteert bij Walraven in de Maasband |
||||
11 |
||||
Item aan het Steelen van een Varken bij de weduwe Boshouwers in de Heek |
||||
12 |
||||
Item aan het Steelen van vier Vaaten rogge bij Pieter Meijs tot Hulsberg |
||||
13 |
||||
Zoo ook aan het Steelen van drie vierdendelen Spek bij Jacobus Meijs tot Hulsberg |
||||
14 |
||||
Alsmeede aan het Steelen van een paard op ter Hoens huijs |
||||
15 |
||||
Item aan het Steelen van twee Vaaten rogge bij Marten Habets in Arendsgenhout |
||||
16 |
||||
Verders aan het steelen van een Schaap bij Johannes Brouwers tot Ambij |
||||
17 |
||||
Item aan het steelen van een schaap bij wijlen Gilis Gelders tot Aalbeek |
||||
18 |
||||
Item aan het steelen van drie Eijke planken leggende in weide agter het Bakhuijs van dheer Advocaat Limpens tot Aalbeek |
||||
19 |
||||
Item aan het steelen van een Schaap bij de Weduwe Daemen op ter Bleid |
||||
20 |
||||
Item aan het steelen van eenige ponden hop bij Simonis Mees |
||||
21 |
||||
Item aan het steelen van een paar karre klinken van Gerard Ramakers te Valkenborg |
||||
22 |
||||
En Eijndelijk aan het stelen van eenige jonge appelbomen bij Loijens tot Hulsberg |
||||
23 |
||||
Zijnde hij gedetineerde en beklaagden bij de meeste deezer diefstallen telekens gewapent geweest met een stok of gaffel |
||||
24 |
||||
Gelijk hij meede seffens sijn aandeel uijt alle geprofiteert en genoten heeft |
||||
25 |
||||
Staande hij gedetineerde en Beklaagden boven dit alles nog meede schuldig aan den Eed en Verbond bij die hijlloose bende gebruijkelijk |
||||
26 |
||||
Door hem gedaan en uitgesworen in de Capelle gelegen op de Sint Linnert Berg |
||||
27 |
||||
En geattendeert deeze sijne misdaden en fijtelijkheden sijn strijdende tegens de goddelijke aangeboorne en Burgerlijk Wetten. |
||||
28 |
||||
En zoo volgens niet en mogen Ongestraft blijven sonder Vreese van den Winkende hand Gods over deeze Lande te haalen |
||||
29 |
||||
Derhalven Zoo is't dat den Heer Clager Eed en plift halven niet heeft konnen of derven Stilstaan tot laste van den Beklaagde alle mogelijke Inquisitiën te bewerkstelligen |
||||
30 |
||||
En tans onder middel van voors. en andere redenen breders der acten berustende |
||||
ƒƒ | Concluderende te Contenderen ten eijnde denzelven Beklaagden bij Ued. Achtb. Sententie gecondemneert werde in dusdaene Lijf of Levens Straffe als naar exigentie van Saaken, Dispositie van Regten en rigeur van s'Lands Placaten en ordonnantiën zullen oordeelen te behoren, met Verdere Condemnatie van den Beklagden in de Costen en misen van Justitie, Verklarende t'eene wegen desselfs goederen Confisiabel, Sin alias etc. In en op alles etc. |
|||
Implorerende C.L. De Limpens |
||||
Afstammelingen van Bokkenrijders |
Verzameld door John van Eekelen
|