|
Recollectie der bekentenisse voorgelesen
aen Hend. Beckx gedetineerden alhier
in judicio extraordinario gedaen op den
casteele Montfort den 29 dec. 1743
Ende vermits alle de voors.
verclaaringen ende bekentenissen van woort tot woort in
presentie van ons gerichtspersoonen distinctelijck sijn
voorgelesen, soo heeft den selven nochmaels sigh
rijpelijck bedaght hebbende,
1.
verclaert uijterlijck te blijven persisteeren bij
het gedeponeerde aengaende het eerste feijt, noepende den
gedaanen Eijdt, uijtgenomen dat moet sijn de capelle van
St. Lenart ende dat den Eijdt door Peter van Poffendorpf
is voorgelesen.
2.
Verclaart mede naer voorlesinge uijterlijck te
blijven persisteeren bij hetgene hij verclaart heeft
aengaende het twee feijt wegens diefstal aen den
Beukenboom, met additie nochtans van het gene hij dien
aengaende bekent heeft de 7 nov. lest leden.
3.
Soo als oock blijft persisteeren bij hetgene
verclaert heeft aengaende den diefstal bij sr. Clemens,
met additie, nochtans van het gene hij dien aengaende
bekent heeft de 7 nov. lest leden.
4.
Item blijft persisteeren bij hetgene hij verclaart
heeft wegens diefstal bij Thelen tot Sittart, met
bijvoeginge nochtans van al sulckx hetwelck hij dien
aengaende verclaart ende bekent heeft de 7 nov. lest
leden.
5.
Noch persisteert uijterlijck bij hetgene hij
verclaart ende bekent heeft aengaende den diefstal der
kercke tot Nieuwstadt.
6.
Blijft mede uijterlijck persisteeren bij hetgene
hij verclaart ende bekent heeft wegens de inbraake en
huijsdiverij tot Geilekircken.
7.
Persisteert mede uijterlijck bij het verclaarde
wegens den getenteerden diefstal tot Guttecoven.
8.
Verclaart mede te persisteeren bij hetgene hij
verclaart ende bekent heeft wegens de kercke divereij tot
Gangelt met bijvoeginge nochtans van hetgene hij verclaart
heeft den 7 deses lest leden.
9.
Blijft mede uijterlijck te persisteeren bij sijne
bekentenisse wegens de kercke divereij tot Amstenraedt
10.
Persisteert uijterlijck bij sijne verclaaringe en
bekentenisse aengaende de kercke divereij tot Spaubeeck
11
Verclaart mede uijterlijck te blijven persisteeren
bij het gene hij bekent ende gedisponeert heeft wegens de
kerckedivereij tot Brounsem
12.
Blijft mede uijterlijck persisteeren bij het gene
hij verclaart en bekent heeft aengaende de kercke divereij
tot Nagelbeek
13.
Blijft mede persisteeren bij hetgene hij verclaert
heeft aengaende de kercke dieverije tot Marienbergh
14.
Persiteert uiterlijck bij hetgene hij verclaart
heeft aengaende de huijsbraake ende diefstal tot Daelen
15.
Persisteert mede bij hetgene hij verclaart heeft
aengaende het gestoolen rent
16.
Verclaart hij gedetineerden Hend. Neckx mede
uijterlijck te persisteeren bij het gene hij verclaart
ende bekent heeft aengaende de kercke divereij tot Beeck
begaen
17.
Persisteert mede uijterlijck bij het bekende wegens
de huijsbraake ende divereij van seker huijs tot
Schinvelt, met bijvoeginge nochtans van het gene hij
gedetineerden verclaart ende bekent heeft den 7. deses
18.
Verclaart hij gedetineerden insgeleijckx te
persisteeren bij hetgene hij verclaart en bekent heeft
belangende de kercke divereij tot Schinvelt
19.
Verclaart mede uijterlijck te persisteeren bij
hetgene hij bekent heeft aengaende de kercke divereije tot
Saeffelen, seggende nochtans dat sulckx alsoo geschiet is
wanneer dese kercke voor de eerste mael door hun is
bestoolen geweest ende dat deselve eenige jaaren daer naer
noch eens is bestoolen op den voet gelijck hij den 7 deses
iudicelick bekent heeft ende daer bij gewesen complicen
aldaer genompt heeft waer toe hij sich refereert ende het
selve is staende houdende
20.
Verclaart hij gedetineerden
uijterlijck te persisteeren bij hetgene hij verklaart ende
bekent heeft wegend de kercke divereij tot Waltfucht, met
additie nochtans dat mede daerbij ende daeraen handadigh
is geweest Mattijs Corvers gedetineerden alhier.
21.
Persisteert den gedetineerden mede uijterlijck bij
het gene hij verclaart ende bekent heeft aengaende de
dievereij van het Stift tot Susteren
22.
Verclaart mede uijterlijck te persiteeren bij
hetgene hij verclaert en bekent heeft rakende de diverije
ende moort begaen aen eenen hof bij Stockhem
23.
Persisteert insgelijckx bij hetgene hij bekent en
verclaart heeft ten regarde van den diefstal, knevelarij
en geweldadigheijt gepleeght aen het huijs van den heere
pastoor tot Marienbergh
24.
Persisteert verders bij het bekende en verclaarde
wegens de divereij en knevelereij begaen ten huise van den
heere pastoor tot Flodorp
25.
Verclaart hij gedetineerden mede uijterlijck te
persisteeren bij het gene hij verclaart en bekent heeft
aengaende de kercke divereije tot Oorsbeeck in den Lande
van Valkenborgh
26.
Persisteert insgelijckx bij hetgene hij verclaart
ende bekent heeft wegens de kercke diverij van Havert
Ende want het gene voorschreven aen den
gedetineerden Henderic Beckx in presentie van ons
ondergeschreven gerichtsperpersoonen van woorde tot woorde
distinctelijck is voorgelesen ende daerbij in voegen als
voorschreven uuijterlijck heeft gepersisteert, soo hebben
wij gerichtspersoonen dese beneffens den
gedetineerden onderschreven op den Casteele Montfoort den
29 novembris
1743
Dit is het merck + teken van Hend.
Beckx
J P G Geeten Gossen Fijen Gabriel Jessen
Me pręsente N.G. Brandts secretaris
|
|