|
Personele bekentenissen en
verclaaringe
door Gerard Roijen bij
scherper examinatie
in judicio
extraordinario op den Casteele
Montfort den
6den december 1743 gedaen
Den gedetineerden door den Heere drossart in judicio
gesisteert bekent dat
hij mede plichtigh en present geweest is aen den
moort en diefstal begaen
aen den Beukenboom en daer naer toe gegaen te sijn
met Bernard Beckx,
en dat Jan Lenssen,
Lens Lenssen en
Hans Cleve
daerbij sijn geweest, en
oock Joannes
Gardenier en dat Bernardt Beckx hem heeft comen
roepen.
Item dat noch daerbij is geweest Jan Severens van de
Nieuwstadt.
Bekent mede plichtigh te sij aen de huijsbraeke en
diefstal bij Seigneur
Clemens op
den Steenwegh.
Item aen de kercke dievereij tot Havert.
En dat op den Steenwegh bij Clemens bij dien
diefstal noch sijn geweest de
bovengenoemde teweeten Bernard Beck, Jan en Lens Lenssen, Joannes
Gardenier en
Jan Severens en
Hend. Cleven.
Dat van den diefstal bij Clemens hem verwittight heeft Bernard Beckx aen
sijn huijs op den wal, en dat daer naer toe is gegaen
met bovengemelden
Bernard en eerst gekomen is bij de Boon eene herberge
op den Steenwegh
alwaer hij gevonden heeft noch versdheijde andere die
hij niet weet te
noemen.
Dat hij terwijlen het gat terzijde van het huijs
gebrooken wert op schilwagh
heeft gestaen. Dat eenige die daer door ingecroopen
waeren de deure
hebben geopent. Dat hij gedetineerden oock daerdoor
is ingegaen, en
geholpen de packen te maeken. Dat hij van hetselve
sijn aendeel vercoght
heeft bij den mercketenter tot Sittart voor eenen
rixdaeler, naer dat het aen
den den Kollenbergh gebroght was en daer verdeelt is
geweest. Hebbende
hij gedetineerden, tussen de verdeelinge en dat het
vercoght is geweest,
verborgen in eene weijde van Costien Thissen aen
de Miller Port van
Nieuwstadt gelegen ontrent een jaer geleden.
In praelectione heeft hij gedetineerden herroepen dat
Jan Severens aen
den
Beukenboom nochte bij den diefstal bij seigneur Clemens is geweest
en
dien door peijne heeft genoempt.
En alsoo aen hem gedetineerden dit van woorde tot
woorde is voorgelesen
heeft daer bij gepersisteert en getekent op den
casteele Montfoort op dato
als boven
..........gert roien
Ende want hetgene voorschreven voor ons
ondergeschreve gerichts
persoonen is geschiet, hebben wij het zelve
ondertekent op den Casteele
Montfoort den 6 december 1743
J.P.G. Geeten
gossen fijen
gabriel Jessen
Me presente
N.G. Brandts
Secretaris
=+=
..........Personele
bekentenissen en verclaaringe gedaen
..........door Gerard Roijen in
judicio extraordinario op
..........den Casteele
Montfort den 10 december 1743
De post
Den gedetineerden door den Heere Drossard in judicio
gesisteert sijnde bekent dat voor en naer acht à negen
jaaren die diexxxvelijck door Geurt Heunen ten sijnen huijse somtijts
een somtijts twee vat koren ofte andere vruchten sijn
gebrockt die deselve buijten weten van sijn ouders hem
ter handt stelde om ten sijne behoeve te vercoopen
waervoor hij aen hem gedetineerden twee à drij stuijvers
gegeven heeft.
Verders bekent oock gestoolen te hebben acht à negen
gerven haver die andere luijden in sijne schuijre hadden
geleijdt heur deselve edoch gewaar geworden sijnde aen
hun heeft moeten betaalen.
Verders veclaart dat hij oock eenige schansen en
brouwschiexxx, toe behoorende aen Dirck Jessen
gestoolen heeft en ten sijnen huijse vervoert hebben.
Verders bekent dat hij Bernard Beckx wel over vijfentwintigh
jaaren geleden vervoert en aengeraeden heeft om van sijn
vaeder en moeder af te steelen vruchten en nu en dan
eenige gerfe koren ten sijne huijse te brengen hetgene
desen, noch maer een jongen sijnde oock gedaen heeft.
Ende heeft dese naer voorlesinge neffens ons gerichts
persoonen getekent op dato als
gerardus roien
J.P.G. Geeten
gossen fijen
gabriel Jessen
Me presente
N.G. Brandts
Secretaris
|
|