|
[later
bijgeschreven]
# Mathijs van den
Bergh en Wilhelmus
Cordewener,
Johannis Cordewener,
Bernard Kempenaar,
Hermannus Sengen
en
Matthijs Sengen
|
|
Interrogatoriën
..........Voor
Den Eed. Erentf. Heer en
Mr. J.G. Farjon, Luit.
HoogDrossard deses Lands
Nomine officij informant
..........Omme
bij Scherper Examen te
Verhoren Nicolaes Herscheler
Gedetineerde(ns) en beclaegde(ns)
|
|
UEdele Erentfeste worden gebeden den voorschreven
gedetineerde(ns) over de
naarvolgende artikelen te verhoren en derselver
responsiven in geschrifte te redigeren – quo facto aen
den Heer informant Copie omme etc.
..........1.
Of het niet waer en is dat den gedetineerde schuldig aen
Verschijde Diefstallen, huisbraeken en geweldenarijen
..........2.
Of hij niet schuldig staet aen de geweldige huijsbraeke
geperpetreert bij Martinus aen de hand, lande van
Terheijden
..........3.
Item bij Ritsen in het Panhuijs te Wijnandsraede
..........4.
Item bij dheer Pastoor tot Heugen
..........5.
Item te Havert bij de juffr. Steintjens
..........6.
Of niet pligtig staat aen den geweldigen diefstal begaen
tot Wurm
..........7.
Item bij de Weduwe Janssen tot Immendorff
..........8.
Bij den Pastoor tot Hunshoven
..........9.
Item bij Walraven aen den Maasband
..........10.
Wie daer bij geassisteert hebben
Wie den aenslag gegeven heeft
Hoe de omstandigheden en hoe gewaepent waeren, en wat
een ieder voor sijn aandeel daer uijt geprofiteert
heeft.
..........11.
Of sij gedetineerdens insgelijken niet geweest sijn in
de Capelle gelegen op St. Linnertsberg bij de nagt
..........12.
Wat sij aldaer uijtgerigt hebben
..........13.
Aen welke diefstallen sij gedetineerdens al mede nog
pligtig, alwelke diefstallen en Complice mede te
denunciëren.
Cetera Suppliat æquissimus dominus judex auditor in en
op alles etc.
Implorerende
J.A. Pelt
|