|
DOCUMENTEN BOKKENRIJDERS |
PROCESSTUKKENEntree • Documenten • Processtukken • Verhoor |
Personeele responsiven ...gedaan Ter instantie van den Weleedele Heer de Swart Crimineelen officier nomine officij informant ...Door Amb. Vreuls gedetineerden op den Lands Huijze te Valckenborg |
||||
Extraordinaris Vrijdag den 20 Sept. 1776 ....hora 12 ..Coram D'Heeren Scheepenen van ....Auw en Bousch |
||||
Is van weegens d'Heer Informant voor gedetineerden A. Vreuls voor ons gesis- teert denwelken aen gemaant zijnde de opregte warheijd aen den Regter te moeten openbaaren, heefd verclaart ad |
||||
.......Art. 1° Hem te noemen Ambrosius Vreuls oud te weesen ontrend de 42 jaaren gebooren te Nagelbeek onder Schinnen en van professie een schoenmaker |
||||
.......art. 2um Getrout te weesen met Maria Johanna Cobbenhagen en daarmeede in Leven te hebben 3 kinderen |
||||
.......art. 3tium Segt Frans Anton Brasse alias den Mox Leen alhier gedetineerd te Huijs van Honsbrok en Nicolaas La Haije alias den Stomp seer wel te kennen en met de selve geene vijandschap gehadt te hebben |
||||
.......art. 4tum Segt van geene bende nagtdieven te weeten, en daaronder niet te gehooren |
||||
.......art. 5tum Verklaart insgelijks niet te weeten, dat voors. bende haar soude pligtig gemakt hebben aen huijsbrake en diefstallen Egter wel gehoort te hebben, dat er ge- stoolen is worden bij d'Heer Pastoor van Margeraten en bij d'Heer Pastoor van Gulpen. Seggende bij geene diefstallen geassisteert te hebben en dat ten tijde den geenen bij den Heer Pastoor van Gul- pen begaen wird hij gedetineerde geweest is in het Waalenlandt in een huijs genamt ad troi de Bois bij eenen man wesende eenen keesmaker, wetende desselfs naem niet op te geeven, maar dat Meijer den Jood van Gulpen wesende swaeger Hers Hertog sulx wel wiste door dien gem. Joode hem ged. gesonden hadde naar het Wels Land ten huijse voors. om aldaar kees te bestellen. Dat hij gedetin. sulx geaccepteert hebbende juist in die nagt wanneer de inbreuke bij d'heer Pastoor van Gulpen gecommitteert is, geslaepen zoude hebben in de schuijr op het hoij in het huijs te troi de Bois alwaar hem de man s'avonds op het hoij geweesen en s'morgens opgeroepen heefd .......art. 6tum Verklaart aen geene diefstallen of in- breuken geassisteert te hebben. |
||||
En naar duijdelijke voorleesinge ex officio gevraagt zijnde, warom hij hem nu seederteenige tijdt van Gulpen geabsenteert heefd, heefd geandwoord dat ten daege N. La Haije is worden geaprehendeert hij gedetin. komende van Sittard gegaen is naar Nagelbek en aldaar het middag maal genoomen hebbende van daar gegaen is naer Wilder en naar een pintje bier gedron- ken te hebben, aldaar vernoomen heefd dat AmbroVreuls soude geapprehenddert zijn. En derhalven door iemand den Scheelen Jan naar Gulpen gesonden was worden om te sien of zulx waar was, den welken soude gerapporteert hebben, dat niet Ambrosius maar N. La Haije geapprehendeert was worden. Dat hij gedetin. sulx verneemende s'avond van aldaar vertrokken en ontrend 8 uijren ten zijnen huijse te Gulpen gearriveert is. Daar komende dat doens desselfs huijsvrouwe teegens hem soude geseijd hebben: sacerdieu wo bis douw soo lan gebleeven, scheer dig naar dat schelms land in. Wetende geene andere reedenen te geeven als dat hij met desselfs huijs vrouw niet meer konde leeven. Verders verklarende dat hij daags daaraen volgende gegaen is bij den Heer Pastoor van Gulpen en van hem gevraagt heefd een briefje om hem gedetin. bij d'Heer Pastoor van Schinnen te konnen verandwoorden, dat hij hem met desselfs huijsvrouwe niet konde verstaen. Dat hij gedet. niet soo lange tijds vertoefd hebbende tot het briefje vervaerdigt was gegaen is naar wilden ten huijse van Joh. Wierts en aldaar verbleeven is tot daar aen dat desselfs soon H.C. Vreuls gem. briefje bij hem gebrogt hadde, waar naar hij gedetin. gegaen is naar Geul bij desselfs suster, getrout met Johannes Welsche en aldaar schoenen gemakt heefd. Verclaarende in den tussen tijd nog differente Nagten bij desselfs huijs- vrouw ten zijnen huijse tot Gulpen geslaepen te hebben. En heefd deese zijne personeele responsiven naar duijdelijke voorleesinge eijgenhandig ondertekendt als bestaende in de opregte waarheijd |
||||
twee uijren |
Nobis presentibus J.H. van Auw J.A. Bausch J.R. Van Craen, secret. |
|||
Afstammelingen van Bokkenrijders |
Verzameld door John van Eekelen
|