|
Personeele Responderinge
Ter instantie van
Den Weleed. Gestrenge Heer en mr.
J.G. Farjon Lt. Hoogdrossard deses
Lands nomine officij informant
Gedaan door
Martin Geerits Gedetineerde op
den Landshuijse van Valckenborgh
en Beclaegde
Maandagh den 12 julij 1773
Is van weegens voormelde Heer
Lt. Hoogdrossard gesisteert Martin Geerits den welcken
aengemant sijnde om de opregte waarheijd te bekennen,
heeft verclaard op de articulen op op heeden door
de Heere clager geëxhibeert als volgt
Art.1
Verclaard sig te noemen Martin Geerits, oud ontrent
drie en dartigh jaaren, geboortig van Schandelen onder
Heerle, sijne kostwinninge te weezen een kleedermacker
Art.2
Verclaard, dat hij met sijne vrouw en Magdalene
Cornips, vrouw van den geëxecuteerden Peter Jabigs, en
Lambertus Smeets wel aen de Hees geweest is waar de
galge staet, maar geen hand of vinger daeraan gehad
heeft
Art.3
Verclaard sulx niet gesien te hebben, maar hij heeft
sig omgedraijt en gesegt, mijn lief kinderen laet het
staen.
Art.4
Verclaard niet te weeten wi de andere cadavers
afgenoomen heeft, en ook daarvan niet gekent te hebben.
En heeft na duijdelijke voorleesinge hierbij blijven
persisteeren ten eijnde deese .. geteekent.
Marten Gerrits
Verder is gesisteerd de .. Marie Jabigs vrouw
van voors. Marten Smeets aen ende aengemaent sijnde de
opregte waerheijd te bekennen heeft verclaard op den
Eersten art.
Haar naam te weesen Jenne Marie Jaabigs, oud acht en
dertig jaaren, gebooren tot Herle, haar kostwinninge te
weesen dat haar man is een kleermacker
Art.2
Verclaard wel plichtig te staen aan het afneemen van
haar broeder Peeter Jabigs, van de galge staand tot de
Hees, waarbij geassisteerd heeft Lambertus Smeets en
Magdalena Creijt, en dat haaren man daer geen hand of
vinger aan gehad heeft, waer ... sulckx af gedaen
hebbende.
Art.3
Verclaard, dat sij gedetineerde en Lambertus Smeets,
deesen keeten afgebrooken hebben in gedagten dat sij
daardoor de justitie geen ... gedaen hebben, maar ...
...
de justitie om vergiffenis biddende
--
Art.4
Verclaard niet te weeten wij de ander af genoomen heeft
en heeft naar duijdelijke voorleesinge hierbij blijven
persisteeren teneijnde desen
geteekend
Jenna M. Jabighs
Quod attestor
J. Theod. VCraen
L.G. Pelt
J. Wintgens
|
|