|
Interrogatorien
voor
Den Welde. Gestr. Heer
en Mr. W.D. Vignon, Lt.-
HoogDrossard deeses
Lands nom. officij Informant
Tegens
Anthon Emons, gedetineerden
UEd. Achtb. worden gebeden den voornoemde
gedetineerde over de naervolgende Artikulen te verhoren
en desselvs responsiven in geschrifte te redigeren, quo
facto copie om etc.
1.
Aen den gedetineerde te vragen desselfs ouderdom,
geboorte- en woonplaats, hoe lang aldaar gewoont heeft
en waarmede sijnen kost wind
2.
Te vragen of in huwelijk is, zedert wanneer, met wie en
hoeveel kinderen heeft
3.
Te vragen of kent Wilm Huijnen, Wilm
Adriaens en Peter Hertzog.
In cas van jae, aen den gedetineerde te vragen
zedert wanneer met de selve kennisse gemaakt en hoe lang
hem gekent heeft.
4.
Of met deselve ooijt eenige vijandschap gehad heeft
5.
Of aan hem bekent is dat in de omliggende Landen sig
eene Bende nagtsgesellen of gauwdieven ontdekt heeft.
6.
Of al meede aen hem bekent is, dat deese Bende sig
pligtig gemaakt heeft aan verscheide huisbraken,
diefstallen en andere euveldaeden.
In cas van Jae aan den gedetineerde te vragen
welke huijsbraken en euveldaeden aan hem bekent en hoe
deeze ter sijner kennise gekomen sijn.
7.
Waar dat den gedetineerde is Lidmaet en gehoort onder
voornoemde Bende
8.
Waar dat sig met en benvens dezelve pligtig gemaakt
heeft aan verscheide diefstallen, huijsbraken en andere
euveldaeden.
In cas van jae zoo worden Ued. Achtb. gebeden van
den gedetineerde omstandelijk over t' een en ander, soo
als ook nopens de Complicen te interrogeren
Cætera suppleant domini auditores in en op alles etc.
Implorerende
C.L. de Limpens
1774
|
|