DOCUMENTEN BOKKENRIJDERS


EntreeDocumentenProcesstukkenGetuigenverklaringen

PROCESSTUKKEN

Interrogatoriën voor getuigen tegen Catharina Ruijters 7 jan. 1773
Rijckheyt Heerlen • Schepenbank Heerlen 1168a

© Maaike van
                Eekelen



© Maaike van
                Eekelen



Interrogatorien voor
Den WelEd. Gestrengen heer en mr.
J.G. Farjon Lt. Hoogdrossard
deeses lands nom. off. Informant


UWE Eerentfeste worden gebeden de persoonen in de margine genomineert onder solemneelen Eede te verhooren, en derselver responsiven in geschrifte te redigeren quo facto aan den heer Informant copije omme etc.

de wed. Prickarts,
Catharina Vijgen

.....1
Of aan hun beijde deponenten niet in persoon bekend is Catharina Ruijters
......2
of dezelve niet aan huijs beijde deponenten gesegt heeft, dat bij aldien haaren soon eenige straffe soude ondergaan, den rooden haan soude kraaijen, meenende eenige huijsen in brand te steeken, en meer dreijgementen gedaan
.....3
of niet eenige huijsen en menschen genoemt en wat mer gesegt heeft
.....4
Wat hun deponenten naedere hiervan bewust en kennelijck is, so als oock pertinente reedenen van wetenschappe te ..eeren

Cetera suppleat aequissimus Dominus judex auctor in en op alles etc.




Implorerende
J.A. Pelt


.....................................................
  Coram de Schepenen
 Pelt, VCotzhuijsen en
 Wintgens



Conden verhoort
.....Ter instantie van
Den welEedelen gestrengen
Heer en Mr. J.G. Farjon
Lt. Drossard deeses lands
nomine officii informant


Donderdag den 7 januarij 1773

–– Is gecompareert Maria Dautzenberg wed. Norbert Prickarts behoorlijk gedaagd, geEed en gevraagt over artikelen op heeden sijdens den heer informant geëxhibeert, verclaart

–– Art. 1. Catharina Ruijters bijgenaamd de Lusch seer wel te kennen

–– Art. 2. Dat deselve aan haar deponente gesegt heeft, als haaren soon iets geschiede dan soude den Rooden Haan over de huijsen hier en daar vliegen. Dog niet te weeten wat zij daarmeede meende

–– Art. 3. Verclaart geene huijsen of menschen genoemt te hebben en verders niets te weeten

–– Art. 4. Verclaart hiervan niet meer te weeten, geevende reedenen van wetenschappe, dat Catharina Ruijters sulx in haar eijegen huijs gesegt heeft.

En heeft naar duijdelijke voorleesinge hierbij blijven persisteeren, naar alvoorens gepresteert te hebben den behoorlijken Eed aan handen van den Schepen Pelt ten fine deese vermits schrijvens onervaeren gehandmerkt
(was geteekent)
Dit is het hand + merk van Maria Dautzenberg wed. Prickarts
(onderstond)


Quod attestamur

J.B. VCotshuijsen
J.L. Wintgens











Naar boven


Email




































INHOUD

Afstammelingen van Bokkenrijders

ENTREE

Verzameld door John van Eekelen
Tekeningen © Maaike van Eekelen

REGISTER