Aan d'Edele Erentfeste
Heeren Lt. Schouth Ende
Scheepenen der Vrijheijd
Ende Hoofdbanke Heerlen
Geeft Eerbiedigst te kennen Mechtil
Jongen naargelaetene
huijsvrouwe van Bernard Kempenaar woonagtig aen de
Heerler Heijde, hoe dat bekent, en sij verthoonderse tot
haar overgroot hardseer over eenige tijd heeft moeten
ondervinden, dat haaren even genoemde man door
het Hooge en Crimineele Officie deeses Lands over
nu drie maanden geleeden in Crimineele Detentie
en Hegtenisse is genoomen en wat meer, bij Deselve
van alsulke misdaaden overtuijgt geworden, dat hij,
nu over vier weeken geleeden ingevolge UEdele
Erentfeste Sententie mt de Doot is gestraft, en sijne
goederen voor geconfisqueert verklaert geworden.
En
terwijl nu naar Regten geene andere goederen hebben konnen
geconfisqueert worden, als die geene, dewelke aen der
Suppliant voorzegde man Erfelijk hebben toebehoort,
id est die hem van sijne Eijgene Ouders, of Vrienden
aengekoomen, ofte wel andersints ten huwelijk
ingebrogt sijn, als meede ook de helft van die goederen,
dewelke sij onderling staande huwelijk gewonnen ende
geworven hebben.
Van
gevolge, dat den Heer Lt. HoogDrossard voornoemt
de Suppliante
geensints kan of mag verontrusten int vrije besit ende
genot van die geene goederen welke aen haar Suppliante
en op haare drie kinderen gesubdevolveert voor
haare Erfportie voor haare ouderlijke naerlaetenschap is
ten deel gevallen, soo weijnig als Hij aen haare
kinderen kan of mag ontrekken de helfte van het geene bij
haar en haaren voornoemden staande huwelijk is
gedevolveert geworden.
En al
was het ook, dat dit naar Regten geen de minste
bedenkinge leijd,
soo is het niet te min gebeurt.
Dat
den GeregtsBoode alhier op voorleeden Vrijdag
aen haar naemens den
Heer Lt. HoogDrossard deeses Lands heeft koomen te
interdiceeren om handen en voeten te houden van de
Landerijen bij haar en haaren man beseeten geworden
zijnde en der Vrugten daerop gewassen, en als nu
in korten rijp staende te worden, terwijl selven
Boode sig al meede, soo als de Suppliante vernoomen
heeft, in ereedheijd stelt om deese Vrugten tot
rijpheijd gekoomen zijnde op naam en order van voorszegden
Heer Drossard af te laeten maaijen en in sijn Edele
behoeve naer den Dorpe alhier te
inkorreeren.
Een
vervaer dat voor de Suppliante even soo
onvermoed
als
wederregtelijk, idque om reedenen hier vooren
reets
geallegeert.
Reedenen waeromme sij Suppliante bij deesen is wendende tot UEdele
Erentfeste
Ootmoedig biddende UEdele Erentfeste mogen van geliefte weesen om
den Voorszegden Heer Lt. Drossard in sijn voornoemde
vervaer in soo verre te storen en aen sijn Edele te
Injungeeren:
Eerst, om de Suppliante in't genot van de
goederen van
haare
Eijgene ouders afkommende te laeten ongestoort
en
ongemolesteert, Haar daer meede naer goedtdunken
te
laeten doen en handelen, de interdictie dier
aen-
gaende, in't geheel opheffende.
En
mits wijlen haar man bovengemelt verders niets meer met sijnen
Doot heeft ontruijmt als Tachentig Roeden nieuwe
heijde, geduurende het huwelijk met de Suppliante ingekogt
waerop hij eenige Timmeringe heeft geset, en verders
tot koolhof en akkerland geprepareert.
Tweedens aen haar te laeten volgen haar helfte
in deesen.
Ten
dien quanto citius dag stellende om ten
overstaen van UEdele
Erentfeste Heer Secretaris, aen wien de qualiteijt der
goederen in quæstie volgens de Leggeren Gigt Registers
bekent sijn, te treeden tot Scheijdinge, deelinge en
Separeeringe dier, om met haer aengedeelte te konnen doen
en handelen, waertoe sij naar regten bevoegt sal weesen.
En
waermeede sij suppliante te meer haest heeft, in
aenmerkinge
genoomen dat haare wooninge op de voorszegde
Tachentig Roeden nieuwe heijde staenden, soodanig Dackloos
is, dat sij Suppliante sig tegens den regen niet meer kan
dekken, daerbij ook, dat eenen tweeden Bouagie
quidem in sijn houtewerk staat, edog sonder dack en
wanden en dus hoe langer hoe meer staat te verrotten.
Saltem dat bij provisie, et stante hac audientia de
interdictie voor soo veel de helfte der Vrugten, thans op
de geacquireerde Tachentig Roeden Heijde aengaet mag
worden opgeheeven en haar Suppliante
gepermitteert om de afmaaijinge met de Luijden door de
Geregtsboode daertoe aen te stellen, meede voor haer
aendeel te doen, als meede cassen en binden. Het welck
gedaen Zijnde, van nu voor alsdan mag worden
geauthoriseert worden om aen de Sup- pliante de helfte
dir Vrugten te haarer Dispositie te laeten volgen,
denselven in't geheel om de overige helfte in behoeve
van den voornoemden Heer Drossard te sequetreeren.
Alwelk provisioneel versoek de Suppliante durft
vaststellen, dat aen
haar almeede uijterlijk niet en mag worden ontsegt,
waertoe wel Expresselijk bij deesen insteerende
daerover etc.
Imploreerende
H. Lamberts
voor de Suppliante
|