DOCUMENTEN BOKKENRIJDERS


GERECHTSKOSTEN

EntreeDocumentenGerechtskostenStat.Gen. & kosten


Request van Schepenen en Secretaris van Valkenburg aan de Staten Generaal
over geldzaken - 2e helft 1774 - RHCL  Maastricht  LvO  8200


 

 


Aan Haar Hoog
Mogende de Heeren
Staeten Generaal der
Vereenigde Nederlanden


Verthoonen met Schuldige Eerbied de Scheepenen en
Secretaris  van't Hooge Geregte der stad en vrijheid Valkenburg Lande van Overmase Partage van Uw Hoog Mogende

Hoe dat zij met overgroot Leedweesen hebben moeten onder-
vinden dat uw Hoog Mog. bij derselver resolutie van den 10
junij deezes jaers genomen op twee requesten van C.L. van
Eck wed. van wijlen Mr.J.G.Farjon, hebben goed gevonden te
altereeren derselver resolutie seer gracieuselijk op den 2
Novemb. van gepasseerde jaer in faveur van voornoemde
Scheepenen gegeeven, en wel voornamentlijk T'2de Lidt van
voorschr. resolutie waer bij de meubilen en immeubile
goederen dergeenen dewelcke voor haer ten regte gesteld,
gevonnist en derselver goederen geconfisqueert zijn geworden
door Scheepenen voornoemt souden worden geinventariseert
en vercogt.

Als nu door Uw Hoog Mogende laeste resolutie sulx is worden
gealtereert en de verkoopinge der goederen welke als nog niet
verkogt zijn aen den Rentmeester deezer Landen Mr.W.H. van
Panhuijs  aenbevoolen.

En wel om reedenen dat UW Hoog Mog. souden geinformeert
zijn dat de supplianten door onnutte dispuijte met de Geregten
der banken over t'doen van voors. verkopingen ongehoorsaam
waeren geweest aen Uw Hoog. Mog. beveelen met niet voort
te varen van't doen van voorschreven verkopingen en't over-
senden van de Staeten der gerezene costen.

Hoe zeer UW Hoog Mog. reedenen zijn geboren om alsulke
resolutie te  neemen, soo neemen wij supplianten egter de
vrijheid met alle onderdanigheid aen UW Hoog Mog. voorte
dragen, dat het buijten haere schuld geweest is, en dat zij door
verscheijde beletselen en swarigheeden dewelke haer zijn
voorgekoomen verhindert zijn geworden om aen deselve
resolutie naer behoren te voldoen en te gehoorsaamen,
Aangezien't binnen deeze Landen een Constant practijk is, dat
geen Geregt nopens d'inventarisatien en voor al weegens de
verkopinge der goederen van geexecuteerdens of fugitiven iets
onderneemt ten door den Crimineelen Officier daer toe
aangemaend of geurgeerd word.

T'Welk door den Luitenant-Drossard allereerst ter onser rolle
geschied zijnde op den 13 Novemb. 1773 hebben wij niet
gedraeldt het Geregte van Beek aen te schrijven ons de reëlen
goederen der geexecuteerdens te suppediteeren alsmeede de
inventarissen welke bij hun gedaen waeren voor dato van Haer
Hoog Mogende resolutie van den 2 Novemb. 1773 aen ons de
supplianten over te brengen.

Dog t'voorschr. Geregte van Beek aen deeze requisitie niet
obtempereerende, is ter Instantie van den Lt.-Drossard op den
7 Decemb. 1773 andermaelen voornoemde Geregte aange-
schreeven ten eynde als voormeld.

Dog in Plaetse van hier aen te voldoen, hebben dezelve hun hier
tegens verset en teffens hun klagtig bij den Luitenant Voogd
geaddresseert, die dan op den 13 jan. 1774 eene Comparitie
tusschen beijde geregten ten zijnen huijse belegt heeft.

In deeze Comparitie hebben onse gedeputeerdens ondervonden
dat die van Beek hun tegens de verkoopinge die de supplianten
kragtens der Hoog Mog. Resolutie meende te doen, niet alleen
verset hebben, maer seffens hebben moeten ondervinden dat zij
geappuieerd en in haere meening versterkt wierden door den
Lt.Voogd voornoemt, 't welk siende en om niet langer de
uijtvoering van Uw Hoog Mogende beveelen in Suspensie te
houden, hebben de Supplianten hoewel ten costen van hun eijgen
belang toegestaen dat't Geregte van Beek de goederen dier-
geene welke voor dat Uw Hoog Mogende resolutie van den
2. Nov. 1773 geexecuteert waeren souden verkopen, soo als
consteert uijt onse rescriptie aen voorn. Lt. Voogd ten deezen
eerbiedigst gevoegd Sub Litt. A

Uijt welke missive meede blijkt hoe dat de Supplianten versogt
hadden gemaintineerd te worden in t'exerceeren van hun Ambt,
maer tot hun Leedweesen hebben de Supplianten de verwagde
appuij niet gevonden.

De hierop gevolgde Doot van den Lt.-Drossard Farjon, en de
drie maendelijxe vacature van desselfs bediening hebben de
Supplianten buijten Staet gesteld om iets aengaende de
verkopingen te kunnen onderneemen tot dat op den 20. Meij
1774 den tegenwoordigen Lt.-Drossard Mr. W.D. Vignon tot
verkoop geinstatiëerd heefd.

Waerop de Supplianten ook ten eersten de geregten aen-
geschreven  hebben, egter sonder dat deselve de nodige
bewijsstukken hebben overgesonden.

Waer op UW Hoog Mog. resolutie in dato den 10 junij laest-
leeden is gekomen, dewelke de Supplianten de handen verder
gebonden heeft aen welke resolutie de Supplianten, hoe gaerne
ook, tot dato deezes niet hebben konnen voldoen en wel om
reedenen.

Dat den Rentmeester voornoemt de weijnige penningen van
het mobiliair geprovenieerd niet gaerne heeft willen ontfangen,
voordat de boedels geschrift en finael geredt waeren.

Welke Schriftinge en deijlinge de Supplianten egter niet hebben
kunnen effectueeren tenzij aen hun voor aff was geworden Uw
Hoog Mog, Intentie over dat point niet alleen maer teffens te
weeten hoe zij zig ontrent de costen soo over de verkooping
als in de crimineele procedure gereesen hun sullen gedraegen.

Waar ontrent de supplianten de vrijheid neemen Uw Hoog
Mog. Eerbiedigst voor te dragen, (dat om de landen niet met
overgroote costen te ob[t]rudeeren) Zij onder verbeeteringe
vermeene, dat de gerigts en executie costen naer voor af
gegaene taxatie voor af behoorden uijt de boedel genomen te
worden in dat na aftrek van dezekere als dan soude kunnen
voortgeprocedeert worden tot Schijding en deijlinge soo als
Haer Edele Mogende de Heeren gedeputeerdens uijt de Raed
van Staten voorleeden jaer te Maestrigt geweest zijnde goed-
gevonden hebben te Statueren.

Welk voorstel om namentlijk eerst en vooral de costen en
misen van justitie af te trekken van den onverdeelden boedel,
wij vermeenen op het nederige ter deliberatie van UW Hoog
Mog. te mogen brengen, niet alleen uijt hoofde, dat volgens de
Costumen van Brabant, in de Landen van Overmaese plaets
hebbende 't tribunael, is dat eenen man alle de goederen van
zijn vrouw (ten waere een huwelijx contract existeerde) kan
verbrengen en alieneren sonder daer bij nodig te hebben 't
consent van zijne vrouw, vervolgens de costen door d'begaen
Crimen van den man veroorsaakt, naer redelijkheid kunnen
aengemerkt worden als eene schuld bij de man gemaekt en
die door desselfs  erfgenamen moeten gedragen worden.

Maer ook omdat zulx het eenigste middel is, om sonder
beswaar van den Lande de costen der Crimineele executien
te vinden.

En gemerkt de Scheepenen en Secretaris voornoemd de
geheele Crimineele procedure op haer eijgen beurt seedert
den 13 junij 1773 gedaen hebben sonder dat wijlen den
Lt.-Drossard Farjon hun eenige betaelinge heeft laeten
toekomen soo uijt de 3.000 gulden Hollants welke denselven
uijt de Cassa der drie Landen van Overmaese gepasseerde
jaer ontfangen heeft, als uijt de verkogde mobiliaire goederen.

Selfs dat den Lt.-Drossard van hun niet eens gevraegt heeft om
de Staeten van de gerechtskosten te hebben, hoewel ingevolge
UW Hoog Mog. resolutie van den 2 nov. 1773 sulx hadde
behoren te doen.

En ten eijnde Uw Hoog Mog. koome te blijken hoe geringe
Somme de Supplianten, -die nu een ruijm een jaer bijna
dagelijx te Valkenborg hebben moeten vaceeren en al het werk alleen doen-, uijt de Costen der Crimineele procedures komen
te trekken, sulx uijt hoofde der verdeelinge dewelke daer
omtrent plaets heeft, soo vervrijmoedigen zig de Supplianten
hier nevens te voegen twee staeten van costen Sub Litt. B et
C; waervan die Sub Litt. B de grootste is en d'andere Sub.
Litt. C daer de minste kosten op geloopen hebben.

Komende uijt de neffens gaende verdeelinge Sub. Litt. D.
(bedragende de somme van ƒ636-13-1) aen ieder Scheepen
ƒ 49-1-1.

Dus de Supplianten naer proportie van de overgroote arbeijd
en moeite niet gesalarieerd worden, te meer daer dezelve
geen't minste Tractement hebben, en den Secretaris (omme
zig naer behooren van zijn ampt te kwijten) genoodsaekt is
geweest geduurende deze crimineele proceduren twee
Clercquen op zijn eijge kosten te houden, zijnde in den loop
van deeze procedure meer dan agt riemen papier beschreven
geworden.

Reedenen waeromme Scheepenen en Secretaris voornoemd de
vrijheid neemen Uw Hoog Mog. te bidden, dusdanig voor-
siening gelieven te doen, waerdoor zij voor derselve arbeijd
beloond en in staet getelt worden de verdere Crimineele
proceduure te konnen vervolgen.

Welke crimineele procedure, soo als aen de Supplianten voor-
gekomen is -en waer van deselve de probatoire actens en stuk-
 ken aen Uw Hoog Mogende Heeren gedeputeerdens Commis-
sarissen Deciseurs thans te Maestricht hebben gevisioneerd en
seffens verslag gedaen,- waer toe de berugde bende boosdoen-
ders, en wat voor enorme en Heijlooze voorwerpen dezelve
gesmeet hebben.

En vermits uijt de crimineele procedures voor ons actueel nog
ventilerende aen ons gebleeken is dat er geen mogelijkheid is,
om met den voortsgang der Crimineele procedures te Super-
cedeeren als zijnde er nog een meenigte Complices ontdekt
en dus de Supplianten nog langen tijd beesig kunnen gehouden
met soodanige onaengenaeme dog teffens noodsakelijke
Crimineele rechtsadministratie, waertoe dezelve bijna dagelijx
tot Valkenborg moeten vaceeren, t'welk de Supplianten bij
vervolg niet als tot haere ruine soude konnen blijven bekostigen.

Soo neemen de Supplianten de vrijheid zig nederigst te wenden
tot Uw Hoog Mogende ootmoedig biddende dat het Uw Hoog
Mog. goedgunstig behaegen moge soodanige voorsieninge te
doen, waerdoor de Supplianten voor derselver aengewendene
moeijten en devoiren beloont en verder in staet gestelt worden,
de overige criminele procedures na vereijsch en volgens Eed en
pligt te vervolgen.

Geevende Uw Hoog Mog. eerbiedigst in Consideratie, of ver-
mits volgens ordinaire verdeelinge van de rechten der Crimi-
neele procedures het aendeel der Scheepenen en Secretaris
(zijnde de enigste die het werk verrichten) zeer gering is, en
het nog een geruijmen  tijd soude kunnen aenlopen eer alle de
Staeten der crimineele executien geexamineerd en getaxeert zijn.

Of dat er eenige veranderinge in de voorschreven onegaele ver-
deelinge door Uw Hoog Mogende geschiet zij.

Of Uw Hoog mogende niet souden konnen goedvinden aan
Schepenen en Secretaris voornoemd, provisioneel en op goede
rekeninge toeteleggen en te laeten betaelen eene somme van
twee Duijsent gulden Hollants, tusschen Scheepenen en
Secretaris privativelijk te verdeelen, na rato van hetgeene ieder
in de over te gevene staeten soude competeren, het zij uijt het
Provenue der reeds verkogde of verdere te verkopene gecon-
fisqueerde goederen, of uijt de Cassa der drie Landen van
Overmase.

Welke somme aan ƒ 2000 Hollants of ƒ 3200 Ligt Cincum
Circa voor ieder Crimineel soude bedragen eene somme van
ƒ50 Ligt.

En voor soo verre de Supplianten nalatig mogten geweest zijn
in het doen der inventarisatien, scheijdinge en deijlinge
mitsgaders het verkoop der immobiliaire goederen der
geexecuteerdens conform den inhoud van UW Hoog Mog.
resolutie, soo bidden dezelve seer ootmoedig dat UW Hoog
Mog. Considereeren de continueele occupatien van de Sup-
plianten met 60 a 62 ...utive Crimineele procedures, de diffi-
culteiten met de andere geregten en de swarigheeden dewelke
zig op doen in de Scheijdinge en deelingen en hiervoor gedeeltelijk gedetailleerd dit ons versuijm goedgunstelijk gelieve te pardonneren

Te meer dewijl de Supplianten tot het een of ander gerequireerd zijnde geworden, van haere zijde nooijts in gebreeken zijn gebleeven.

En dat Uw Hoog Mog. diensvolgens behagen mag omte Sup-
plianten te laten genieten en te maintineeren in haer regt van
inventarisatie en verkoop der gecontinueerde mobiliaire
goederen, aen haer bij UW Hoog Mog. Resolutie van den
2 Nov, 1773 zeer gratieuselijk geaccordeert.

Sullen de Supplianten niet naerlaeten om zig in het toekomende
aan d'intentie en ordres van Uw Hoog Mogende stiptelijk te
gedragen en zig mat allen ijver te benaerstigen omme de Hooge
approbatie van Uw Hoog Mog. soo veel in haer te meriteeren.

T'Welk doende
De Scheepenen en Secretaris der
Stad en Vrijheid van Valkenborg
Ter Ordonantie


Naar boven


Email






INHOUD

Afstammelingen van Bokkenrijders

ENTREE

Verzameld door John van Eekelen
Tekeningen © Maaike van Eekelen

REGISTER