Leonard Vreen uit Beek slaat op de
vlucht
Vele mannen zijn tijdens de
perioden van vervolging gevlucht en hebben huis en
haard verlaten, en vaak ook hun gezinnen. Voor de
autoriteiten was het duidelijk: dat zijn lidmaten
van de beruchte bende van dieven en knevelaars die
zich met de vlucht hebben 'gesauveerd'. Maar men kan
ook zeggen dat de vluchtelingen geen vertrouwen
hadden in een rechtsysteem dat alleen maar tot
bekentenissen wilde dwingen met een hardhandige
aanpak die dikwijls fataal was voor de
ondervraagden. En als je dat overleefde dan had je
evenveel kans als een concurrent van Stalin tijdens
de grote zuivering.
Anderzijds was vluchten een zware beslissing,
want buiten je eigen gemeenschap was je een niemand,
het leven buiten je sociale vangnet was op allerlei
manieren riskant. Het juridisch systeem van die
dagen maakte een groot onderscheid de gevestigde
inwoners en de anderen, de zwervers, de vagebonden.
Maar hoe ging het in de praktijk, dat
vluchten? Een paniekreactie als je begreep dat het
gerecht je binnenkort zal komen ophalen, een hemd en
een brood in een doek meenemen en lopen maar?
Iedereen heeft wel peettante of zuster die twee of
drie dorpen verder woont, als oplossing voor de
korte termijn.
Leonard Vreen uit Beek bereidde zijn vertrek
voor en verkocht al zijn roerende goederen. En
ondanks gebrek aan vertrouwen in de rechtstaat, nam
hij zelf maatregelen om het recht van een ander
veilig te stellen. Wat gebeurt er?
Hij heeft een paar jaar voor zijn vlucht een
som geld geleend van een rijke weduwe, maar
kennelijk was dat onderhands gegaan en niet bij een
notaris vastgelegd. Daardoor is er een risico dat
bij gerechtelijke confiscatie van Leonards goederen
de weduwe Francken haar geld niet zou krijgen. De
vordering staat wel op schrift.
Leonard stelde een verklaring op
dat hij 'aengesien ik .. geen huijshouden te Beek
meer hebbende van wille ben eenigen tijdt te Luijck
of elders volgens mijn welbehaagen woonen' zijn
broer Willem, pastoor te Houthem machtigt al zijn
zaken af te wikkelen.
De schuldbekentenis werd door de
pastoor bij Notaris Stijnen vastgelegd. En daarvoor
hoeft Leonard niet over te komen uit Luik, of waar
hij dan ook verbleven mag hebben. Later regelde
broer Willem de terugkoop van de landerijen die
inderdaad door het Gerecht in beslag waren genomen.
|