|
Op heden den 14. December 1763 is
ingevolge huijdig decreet voor ons ondergess.
Gedeputeerden uijt den Geregte der Heerlijkheijd Geul
gecompareert den Gedetineerde Paulus Janssen.
Denwelcke naeders gehoort en nogmaels duijdelijck
voorgelesen hebbende de articulen interrogatoir van
wegens den Heer Crimineelen officier op den 26 November
1763 overgegeven, als mede des Gedtineerdens
Responsiven eodem dato daarop gedaan, heeft verclaert in
allen deelen als met de waerheijd overeen komende bij
desselfs gedaene responsiven te persisteeren.
Voegende alleen daarbij, dat hij
gedetineerde op den 9. art. van dien verclaert hebbende
dat hij daegs te vooren in passant tot Uijkhoven geweest
was, hij daar door verstaen heeft den agter middag
wanneer sijne suster Marie Janssens s'nagts daerop
volgende is weggekoem.
En verders aen den gedetineerde voor
gehouden hebbende de Responsiven en bijsonderlijck den 8
art. op de Interrogatorien van wegens den Heer Drossard
des Graafschaps Reckheim, aldaer ter rolle van den 5
deses geëxhibeert, waar bij verklaert word, dat hij
gedetineerde bij de ontvoeringe van voorss. Maria
Janssen s'nagts tusschen den 22 en 23 october laestleden
tot Uikhoven voorgevallen, handdadig soude geweest sijn
en hem gedetineerde gekent souden hebben. Het welck den
Gedetineerde absolut ontkent en daar bij niet present
geweest te zijn, om reden bij desselfs voorss.
responsiven breders aengehaalt.
(onderstont) Prælectis persistit en heeft
dese met een kruijsje onderteekent
(was gehandmerkt) Dit is de hand + merk van
Paulus Janssen verclaerende niet te konnen schrijven
(onderstont) Nobis præsentibus
(was getekent) J.H. Eickholtz scabinus,
Hub. Nolens Scabinus
Per Copiam
Hubert Nolens scabinus loco Secr.
Gecollat. & geauth. binnen
Maestricht den 27 Januarij 1764
|
- |