DOCUMENTEN BOKKENRIJDERS


Uikhoven

Entree                Varia                Uikhoven

Interrogatorien voor de Drossard van Reckheim wegens
de ontvoering van Maria Janssen in Uikhoven 22 / 23 oktober 1763
5 dec. 1763 • BHIC Den Bosch • Raad van Brabant 545

 

Interrogatorien
  voor
Den Heer Drossard van het Vrij
Rijks Graafschap Reckheim
Nomine officij Inquirent
  wegens
Het publique geweld door een groot
getal geattroupeerde manschap
des nagts tusschen den 22. en 23.
october 1763 geperpetreert bij
ontvoeringe van Maria Janssen
geboortig van Geul, uijt haere
gevankenisse tot Uijckhoven
  ß  Den Heer inquirent buijten  de beëedigde verclaeringen van de schutten den 24. october laastleden preeparatorie ingenomen, nadere informatien nodig hebbend versoekt dat deselve alnog onder Eede over de naervolgende vraag - articulen verhoord en hunne eventueele depositien in geschrijft geredigeerd mogen worden om etc.

  1.  Of hij deponent beneffens twaelf andere schutten op Saterdag den 22. october laastleden uijt ordre van den Heer nomine officij inquirent ten huijse van Leonard Deckers tot Uijckhoven ressort deses Graafschaps niet in heeft helpen bewaaren en bewaken Maria Janssen dienstmeijd aldaar en geboortig van Geul die aldaar gevangen sat, als betigt van haar jong - gebooren kind vermoord ofte om het leven gebracht te hebben?

  2.  Ofte de gemelde Maria Janssen aldaar niet bewaard wierd neffens de keuken in een slaapkamertje, daar sij te bedde lagh.

  3.  Of ten voorscr. huijse doenmaels onder andere ook niet geweest is seekere Anna Voncken, swagerinne van voornoemde Maria Janssen en getrouwt met ... Janssen

  4.  Of op dito 22. october des naemiddags ten selven huijse ook niet geweest is Paulus Janssen broeder van gemelde Maria Janssen, voorrijder van gedeechte(?) gravinne tot Geul en in de wandelinge genoemt de rooden Pouwels

  5.  Of Paulus Janssen doenmaels niet eenen geruijmen tijd daar gebleeven is geweest en naar met sijne voornoende gevangen suster gesprooken te hebben vervolgens voor den avond vertrokken is?

  6.  Of voornoemde Anna Voncken aldaar verbleeven sijnde, haar doenmaals laat in den avond ofte nagts niet besig heeft gehouden met eenig lijnwaat te strijcken? En inmiddels niet van tijd tot tijd meenigmaelen het huijs uijt- en ingegaan heeft, telkens de keukendeure open of op slot laetende?

  7. Of die Anna Voncken doenmaels aldaar laastelijck des nachts tusschen elf en twaelf uren na een weijnig tijds buijten s huijs geweest te sijn van buijten binnen gekomen sijnde haere voornoemde swagerinne niet geseijt heeft van uijt het bedde op te staen en bij het vuur in de keuken te gaan sitten onder voorwensel van ondertusschen het bedde te hermaken en vervolgens met haar slaepen te gaen?

  8.  Of terwijl Maria Janssen daar op immediatelijck uijt het bedde stond en besig was met haere schoenen aan te trecken, niet t'effens door twee verschijde deuren van de keuken sijn komen invallen verscheijde gewapende mannen? Hoeveel? Hoe deselve gewapend sijn geweest? En welke die waeren:

  9.  Of die gewapende mannen hun schutten van de wacht daar op niet plodselijk overweldigt en sig van der schutten snaphaanen meester gemaakt hebben?

  10.  Ofte eenige der schutten doenmaels niet deerlijk aengevallen en mishandelt sijn geworden? Hoe en door welke?

  11.  Ofte eenige der gemelte geweltdadigers terselver tijd ook niet neffens ingedrongen hebben naar het slaapkamertje daer de voornoemde Maria Janssen met Anne Voncken was en welke die waaren?

  12.  Of Anna Vonken doenmaels deselve Maria Janssen niet heeft naar de deure uijtgestooten,

  13.  Of hij deponent doenmaels in de keuken oft in het gemeld slaapkamertje was? En hoe hij uijt handen van de voorscr. Gewelddadigers ontkomen is.

  14.  Of er ook geen groot getal buijten thuijs waeren oppassende?

  15.  Of die gewelddadigers dus de voornoemde Maria Janssen niet ontvoerd hebben? En of de gemelde Anne Vonken niet mede weg gegaan is geweest? En hoe veel sij te saemen waeren,

  16. Of immediaat daar naar niet buijten de keukendeure aldaar gevonden is geweest eene scheede van een pallas, onder met ijser beslag en boven met eenen ijseren kramp.

  17.  Of sij schutten hunne ontweldigde snaphaenen ten getalle van elf met eene pieke des anderen daags niet hier en daer onder wegen en op het veld verspreijdt  wedergevonden hebben, sijnde eenen snaphaan kromp en eenen of twee in stucken geslaegen?

Cætera suppleat æquissimus judex in en op alles etc.
(onderstond) Implorerende (was getekent) F.H. Boten
(onderstond) Per Copiam (was geteekent) M. fra. Vaessen Secretaris

Per Copiam
Hubert Nolens scabinus loco Secr.
  Gecollat. & geauth. binnen
  Maestricht den 9 Januarij 1764

 -

Naar boven

Email








INHOUD

Afstammelingen van Bokkenrijders

ENTREE

Verzameld door John van Eekelen
Tekeningen © Maaike van Eekelen

REGISTER